Om de oplopende kosten van de sociale advocatuur terug te dringen wil minister Dekker eerst een 'poortwachter' laten beslissen of iemand recht heeft op een gesubsidieerde advocaat.
In een brief van 9 november 2018 aan de Tweede Kamer kwam minister Sander Dekker van Rechtsbescherming met een plan om de rechtsbijstand drastisch te wijzigen. Op deze manier wil hij oplopende kosten van de sociale advocatuur terugdringen. Het aantal zaken waarbij gebruik is gemaakt van gesubsidieerde advocaten, is sinds 2000 met meer dan veertig procent gestegen. De kosten zijn opgelopen tot meer dan 400 miljoen euro per jaar.
Centraal in het plan van de minister staat een 'poortwachter'. Dit zou een instelling moeten worden die voorafgaand aan de rechtsgang moet beslissen of iemand al dan niet recht heeft op een gesubsidieerde advocaat. In zijn toelichting stelde Dekker dat in het nieuwe systeem de toegang tot de rechtsbijstand voor iedereen gegarandeerd blijft. Hij vergelijkt de poortwachter met de huisarts die beslist over het al dan niet doorverwijzen naar de specialist.
Onmiddellijk barstte er een storm van kritiek over de plannen los. Vaak werd gewezen op art. 18 Gw waarin de rechtsbijstand als grondrecht geformuleerd is. Er waren druk bezochte prostestacties van advocaten tegen de plannen.
In Dagblad Trouw van 16 januari 2019 citeerde Wouter Veraart, hoogleraar Rechtsfilosofie aan de VU, het verhaal 'Voor de wet' van Kafka:
Vóór de Wet staat een wachter. Bij deze wachter komt een man van buiten en verzoekt toegang tot de Wet. De wachter zegt, dat hij hem nu geen toegang kan verlenen. De man denkt na en vraagt of hij dan naderhand naar binnen zou mogen. 'Het is mogelijk', zegt de wachter, 'maar nu niet'.
Volgens Veraart laat dit citaat van Kafka mooi zien wat er in de plannen van Dekker verkeerd gaat:
Ook de minvermogende Nederlandse burger moet straks een heel hoge drempel over voor hij eventueel zijn recht kan halen bij een onafhankelijke rechter. De poortwachter kan hem de weg naar de wet immers in veel gevallen versperren. Dan resteren slechts procedures van bezwaar en beroep tegen die afwijzende beschikking.
Bij de behandeling in de Tweede Kamer van de brief van minister Dekker op 23 januari 2019 was er met name vanuit de oppositie veel kritiek op de plannen. Aan het eind van het debat deed minister Dekker de toezegging om het nieuwe principe eerst aan de Raad van State voor te leggen voor hij verder gaat met het uitwerken van de plannen.