In Nederland toetst de rechter handelingen van burgers en overheden aan de wet. Wat een Nederlandse rechter echter niet kan doen, is wetten toetsen aan de Grondwet. Art. 120 Gw verbiedt dat expliciet. Het artikel zegt namelijk: De rechter treedt niet in de beoordeling van de grondwettigheid van wetten en verdragen. Achtergrond van dit grondwetsartikel is dat het parlement de wetten maakt en dat de rechter moet doen wat in de wet staat.
Sinds een aantal jaren staat de afschaffing van het verbod op constitutionele toetsing in Nederland regelmatig op de politieke agenda. Voordat er een constitutioneel hof kan worden ingesteld, zal een grondwetswijziging constitutionele toetsing mogelijk moeten maken door art. 120 geheel of gedeeltelijk te schrappen. In dit dossier houden we voor u de ontwikkelingen rond de constitutionele toetsing bij.
LAATSTE BEWERKING DOSSIER: 27.02.2025
In 2015 constateerde voormalig ombudsman Alex Brenninkmeijer in zijn oratie als hoogleraar aan de Universiteit Utrecht dat Nederland op het punt van de constitutionele toetsing in Europa een uitzondering aan het worden was:
Voer hier zo snel mogelijk de constitutionele toetsing in. Als je zoals in Nederland wetten niet aan de Grondwet mag toetsen, en je ziet daarnaast dat er maar zelden een rechtszaak over de Grondwet zelf gaat, dan is onze Grondwet dus zo dood als een pier.
NIEUWSITEMS OVER CONSTITUTIONELE TOETSING
- Kabinet komt met plannen voor constitutioneel hof (23.02.2025)
- Kamer akkoord met Tijdelijke commissie Grondrechten en constitutionele toetsing (07.11.2024)
- Adviesraden publiceren zienswijze constitutionele toetsing (30.05.22)
2025 • KABINET-SCHOOF WIL EEN APART CONSTITUTIONEEL HOF
In februari 2025 kondigde het kabinet in de Contourennota constitutionele toetsing aan het verbod om wetten te toetsen aan de Grondwet te willen afschaffen en een apart constitutioneel hof in het leven te willen roepen.
In het Hoofdlijnenakkoord en het Regeerprogramma heeft het kabinet vorig jaar al plannen in deze richting aangekondigd. Met name NSC was altijd een groot voorstander van een constitutioneel hof.
Minister Judith Uitermark van Binnenlandse Zaken en staatssecretaris Teun Struycken van Rechtsbescherming zijn van plan om nog dit jaar na overleg met het parlement en de betrokken partijen met een uitgewerkt voorstel te komen. Omdat een wijziging van de Grondwet nodig is, moet het parlement zo mogelijk in de huidige als in de volgende kabinetsperiode over de plannen stemmen.
De invoering van de constitutionele toetsing dan ook moet beginnen met het gedeeltelijk opheffen van het toetsingsverbod in art. 120 Gw. Op deze manier wordt de mogelijkheid gecreëerd om toetsing van wetten, regels en besluiten aan de klassieke grondrechten mogelijk te maken.
Klassieke grondrechten beschermen burgers tegen de overheid. In de nota worden de volgende grondwetsartikelen als klassieke grondrechten genoemd:
- 1 Gw
- 2 Gw (lid 3 en 4)
- 3 t/m 9 Gw
- 10 Gw (lid 1)
- 11 t/m 17 Gw
- 18 (lid 1)
- 19 (lid 3)
- 23 (lid 2, 3, 5, 6 en 7)
Er is in het verleden heel wat discussie geweest of een apart constitutioneel hof echt nodig is of dat de nieuwe taak door bestaande rechterlijke instellingen kan worden uitgevoerd. Bij de vorming van het huidige kabinet is op aangeven van NSC de knoop doorgehakt ten gunste van een apart constitutioneel hof. Het hof zou – zo blijkt uit de Contourennota - uit tien tot twaalf leden moeten bestaan die voor maximaal negen jaar worden benoemd.
Als voordelen van een apart hof noemt het kabinet in de Contourennota de mogelijkheid snel te kunnen werken en dat op deze manier het belang van de Grondwet duidelijker zichtbaar wordt in de samenleving.
2024 • TIJDELIJKE COMMISSIE GRONDRECHTEN EN CONSTITUTIONELE TOETSING
Op 13 december 2023 diende Pieter Omtzigt (NSC) samen met de fractieleiders van BBB, PVV en VVD een motie in om een Kamercommissie voor te bereiden die zich gaat bezighouden met de constitutionele toetsing van wet- en regelgeving. Op 3 januari 2024 werd het voorstel breed gesteund door de Tweede Kamer aangenomen.
In het voorjaar van 2024 benoemde de Tweede Kamer naar aanleiding van de motie-Omtzigt een werkgroep om het instellingsbesluit van de nieuwe tijdelijke commissie voor te bereiden. Begin oktober bracht de werkgroep onder voorzitterschap van Michiel van Nispen (SP) verslag uit.
Op 5 november 2024 heeft de Kamer ingestemd met het instellingsbesluit van de commissie. De commissie moet ervoor zorgen dat de Tweede Kamer misstanden vóóraf uit een wet kan halen en zo het wetgevingsproces meteen kan bijsturen.
- De commissie kan de Tweede Kamer adviseren bij wetsvoorstellen, verdragen en wetgevende voorstellen van de Europese Unie.
- De commissie mag advies uitbrengen over bijzondere constitutionele aangelegenheden, zoals bij de inlichtingenplicht (art. 68 Gw) en bij de toepassing van het staatsnoodrecht.
- De commissie mag de Tweede Kamer gevraagd en ongevraagd adviseren over rechtsstatelijke onderwerpen.
- De Tweede Kamer gaat na een jaar het functioneren van de commissie evalueren.
2024 • HOOFDLIJNENAKKOORD KABINET-SCHOOF OVER CONSTITUTIONEEL HOF
In het hoofdstuk ‘Goed bestuur en een sterke rechtsstaat’ van het hoofdlijnenakkoord van 15 mei 2024 hebben BBB, NSC, PVV en VVD afgesproken dat het toetsingsverbod voor de zogeheten klassieke grondrechten in artikel 120 Gw zal worden geschrapt. De coalitiepartijen willen met een voorstel komen om de invoering van een constitutioneel hof grondwettelijk mogelijk te maken.
De keuze in het hoofdlijnenakkoord voor een constitutioneel hof conform de lijn van NSC wijkt nadrukkelijk af van de gespreide toetsing waar het Kabinet-Rutte IV in april nog voor koos.
(Zie ook het nieuwsitem over het hoofdlijnenakkoord.)
2023 • INITIATIEFNOTA PIETER OMTZIGT EN REACTIE KABINET RUTTE-IV
De commissie was een van de tien voorstellen van Pieter Omtzigt in zijn Initiatiefnota van 19 april 2023 met voorstellen ter verbetering van de constitutionele toetsing.
Op 2 april 2024 kwam het kabinet Rutte-IV met zijn reactie op de Initiatiefnota van Omtzigt. Volgens het kabinet zou de constitutionele toetsing zich moeten beperken tot de klassieke grondrechten.
Het kabinet geeft aan geen voorstander van een toetsing door een constitutioneel hof te zijn, maar kiest voor een toetsing, waarbij burgers bij elke rechter terecht kunnen als zij van mening zijn dat een wet in strijd is met een grondrecht.
- tekst kabinetsreactie Initiatiefnota Omtzigt (02.04.2024)
2022 • ADVIEZEN HOGE RAAD, RAAD VAN STATE EN RAAD VOOR DE RECHTSPRAAK OVER CONSTITUTIONELE TOETSING
In het regeerakkoord van Rutte-IV, dat op 15 december 2021 werd gepresenteerd, stond dat het kabinet ging onderzoeken welke vorm van constitutionele toetsing het best bij het Nederlandse rechtssysteem past.
Op verzoek van minister Weerwind voor Rechtsbescherming hebben de Hoge Raad, de Raad van State en de Raad voor de Rechtspraak zich over de constitutionele toetsing gebogen. De drie adviesraden bleken het in mei 2022 opmerkelijk eens in hun conclusies:
- Er is geen behoefte aan een apart constitutioneel hof.
- De gewone rechter kan de wetten aan de Grondwet toetsen.
- In elk geval zal er aan de klassieke grondrechten moeten worden getoetst.
Op 22 juli 2022 schreef NRC Handelsblad in een hoofdredactioneel commentaar:
De rechter moet heel wat euvels repareren. Die zijn het gevolg van een vooral pragmatisch politiek bestuur dat gebukt gaat onder versplintering, in de greep is van de ‘mediawerkelijkheid’ en moeite heeft met langeretermijnvisies. En dus vaker met gelegenheidswetten komt, delegeert aan uitvoeringsorganisaties en ingewikkelde thema’s afschuift aan commissies, overlegtafels of gelegenheidsbestuurders. In het voorheen juridisch geweten van de Staten-Generaal, de Eerste Kamer, krijgen politieke afwegingen intussen vaker de voorrang boven staatsrechtelijke of constitutionele afwegingen.
2021 • TWEE KAMERMOTIES OVER CONSTITUTIONELE TOETSING
Op 29 april 2021 nam de Tweede Kamer een motie aan waarin de regering werd opgeroepen om art. 120 Gw te schrappen. Aanleiding voor de motie van Anne Kuik (CDA) waren de ‘weeffouten in het Nederlandse politieke en bestuurlijke systeem’ die de Toeslagenaffaire had blootgelegd. In de motie vroeg de Kamer de regering binnen een jaar met voorstellen te komen om art. 120 Gw te schrappen en met een nieuwe grondwettelijke toetsing te komen.
Een half jaar later ging de Kamer een stap verder. Bij de behandeling van de begroting van Binnenlandse Zaken op 2 november 2021 werd een motie van Sylvana Simons (BIJ1) aangenomen die de regering rechtstreeks vroeg om een onderzoek te starten naar het instellen van het Constitutionele Hof.
2018 • STAATSCOMMISSIE PARLEMENTAIR STELSEL PLEIT VOOR CONSTITUTIONEEL HOF
Eind 2018 stelde de Staatscommissie Parlementair stelsel in haar eindrapport Lage Drempels, hoge dijken voor om een constitutioneel hof op te richten dat wetten aan de klassieke grondrechten uit de Grondwet mag toetsen. Zo zouden burgers beter beschermd kunnen worden tegen wetten die mogelijk inbreuk maken op hun grondwettelijke rechten, aldus de commissie.
Het kabinet nam dit voorstel van de Staatscommissie niet over, omdat men eerst wilde nagaan of er andere mogelijkheden waren om deze toetsing vorm te geven.